1516_080224
1526_080624
4711_040729
5720_070217 |
Info:
Roodborsten zijn vaak erg nieuwsgierig en goed
van vertrouwen. Tegen soortgenoten zijn zowel
het mannetje als het vrouwtje daarentegen heel
agressief en verdedigen ze zomers en 's winter
fel hun territorium. Ze tonen daarbij de rode
borstveren. Meestal maken roodborsten hun nesten
goed verborgen op de grond. De jongen hebben
overigens nog geen rode borst. In de winter
trekt een deel van de roodborsten naar warmere
streken in Europa waar meer eten te vinden is.
Ook vogels uit noordelijke/noordoostelijke
streken trekken naar het zuiden en komen zo in
Nederland terecht. U kunt roodborsten in de
winter helpen met gedroogde meelwormen,
ongekookte havermout of een zadenmix.
Kleine bruine vogel met kenmerkende oranjerode
borst en gezicht en een lichte onderbuik. Leeft
buiten de broedperiode solitair. Jonge vogels
zijn lichtbruin gevlekt. Man en vrouw zien er
hetzelfde uit.
Geluid:
Tikkende roep, daarnaast minder bekende roepen.
Zang waterig en vlug, loopt hele toonladder op
en af. Kenmerkend zijn verder de pauzes van 3 à
4 seconden tussen de klaterende strofes.
Broedbiotoop:
Broedt van
april tot in juli. Heeft in die periode 2
legsels, met ieder 5-7 eieren. De eieren zijn
blauw-wittig van kleur met kleine rode vlekjes.
Broedduur: 12-15 dagen. Halfholenbroeder, maar
bouwt ook open nesten; broedt op of laag boven
de grond in een boom, muur of in dichte
klimplanten. Het is een slordig nest van grassen
en bladeren. De jongen zitten 13-15 dagen op het
nest. Als ze zijn uitgevlogen jongen worden ze
nog 2-3 weken verzorgd.
Leefgebied:
Roodborsten komen overal in Nederland voor met
uitzondering van landschappen zonder bomen.
Vooral aanwezig in niet al te jonge bossen,
tuinen, parken en kleinschalige landschappen. In
de winter ook in stadstuinen. Als er veel
struiken en kruiden zijn, dan geeft dat de
hoogste dichtheden roodborsten.
Voedsel:
Insecten,
spinnetjes en andere kleine diertjes, aangevuld
met bessen en zaden. In de winter ook een vaak
geziene gast op voedertafels. Roodborsten zoeken
vaak op een bijzondere manier naar voedsel,
anders dan veel tuinvogels. Ze zitten dan stil,
laag boven de grond en duiken dan naar hun
prooi. Andere roodborsten zijn daarbij niet
gewenst. Roodborsten hechten aan een eigen
territorium, ook in de winter. Zelfs man en
vrouw roodborst zitten elkaar in de weg en zijn
alleen in het broedseizoen bij elkaar. Hun
oranje borst gebruiken ze om elkaar te
imponeren. De jongen moeten geen agressie
oproepen, vandaar dat die pas later in het jaar
van gespikkeld bruin naar het echte oranje-rood
van de roodborst kleuren.
Trek:
Een deel van de Nederlandse broedvogelpopulatie
trekt tussen augustus en november richting
Spanje en Portugal, zij keren in het vroege
voorjaar weer terug. Het deel dat in Nederland
blijft, krijgt gezelschap van soortgenoten uit
Duitsland, Polen en de Scandinavische landen.
Voorjaarstrek tot eind april. Nachttrekker. |