Fitis, Willow Warbler, Phylloscopus trochilus | ||||
|
|
|
|
![]() |
0481_180411 | 0484_180411 | 6347_140406 | 6614_130515 | |
![]() |
![]() |
De fitis behoort tot een groep kleine
bruingroene zangvogels die in uiterlijk sterk op
elkaar lijken. De fitis laat zich binnen deze
groep moeilijk onderscheiden van de tjiftjaf.
Maar de zang van de fitis is onmiskenbaar: een
zacht, melancholiek fluitend, aflopend
riedeltje. De fitis broedt op de grond en zoekt
zijn voedsel in struwelen. De fitis is het makkelijkst te herkennen aan zijn melodieuze aflopende zang. Valt verder op door een lichte wenkbrauwstreep en een geelwitte keel en borst. Hij heeft bruinroze poten, in tegenstelling tot de tjiftjaf die donkere pootjes heeft. De fitis heeft ook langere vleugels dan de tjiftjaf. |
![]() |
De fitis begint eind april aan het broedseizoen en legt één broedsel per jaar, van 4-8 eieren. Broedduur 12-14 dagen. Nest bevindt zich goed verborgen op de grond. De jongen zitten 12-16 dagen op het nest en worden tot twee weken na uitvliegen gevoerd door voornamelijk het vrouwtje. |
![]() |
De fitis broedt op de grond of laag in de begroeiing, meestal in droge tot vochtige halfopen landschappen met voldoende opslag, van heide tot bos, moeras en agrarisch gebied. Hij verdedigt zijn territorium op agressieve wijze ten opzichte van soortgenoten. Verblijft in droge tot vochtige halfopen landschappen: heide, bos, agrarisch gebied. Hoewel de fitis laag bij de grond broedt, heeft hij struweel nodig om te foerageren. | ||
![]() |
Zang helder dalend riedeltje van zoete,
melancholieke klanken. Meest gebruikte roep
lijkt op tjiftjaf maar is lager, langgerekter en
meer tweelettergrepig. Lijkt erg op roep van
gekraagde roodstaart. info van Vogelbescherming.nl) |
![]() |
Vooral insecten, ook hun eieren en larven, en wat plantenmateriaal. Foerageert lager in struweel dan tjiftjaf. |
![]() |
Najaarstrek tussen juli en september naar Afrika, ten zuiden van de Sahel. Steekt via de straat van Gibraltar de Middellandse Zee over. Trekt vooral 's nachts. Hij gaat tussen maart en eind mei weer terug naar het broedgebied. Arriveert een paar weken later in Nederland dan de tjiftjaf. Nachttrekker. |